Ze vormen een beroepsgroep die in coronatijd tussen wal en schip valt: de pedicures. “Terwijl we meer doen dan alleen maar nagels knippen. Dit is een paramedisch beroep”, zegt Nanda van Spijker van Vechtdal VoetenZorg in Nieuwleusen. Uitgerekend in het jaar dat ze besloot de sprong te wagen naar een grotere, externe praktijk sloeg het gevreesde coronavirus in alle hevigheid toe.
Normaal gesproken heeft ze zo’n dertig cliënten per week, in deze tijden zijn dat er hooguit één of twee. Van Spijker (48): “We mogen momenteel helemaal niets meer. We worden ingeschaald onder cosmetische zorg. Maar een pedicure doet veel meer. Ik lak geen nagels, ben geen stylist. Ik werk aan preventie en werk aan pijnklachten. Plaats nagelbeugels, snij likdoorns weg, behandel ingroeiende teennagels. Ook worden we ingeschakeld voor patiënten die diabetes of reuma hebben.”
Doorlopen met pijn
De incidentele cliënten die ze in deze tijd behandelt, zijn doorverwezen door huisarts of podotherapeut. “Voorwaarde is dat er sprake is van ontstekingen. Alleen pijnklachten zijn zelfs niet voldoende om in deze tijd voor behandeling in aanmerking te komen. Mensen bellen me soms met pijn, maar dan mag ik dus niets. Deze mensen kunnen weinig anders doen dan pijn lijden en doorlopen. Wij mogen ze simpelweg niet helpen.”
Het gevaar is dat mensen zelf aan de slag gaan. “Dat men zelf gaat prutsen. Met likdoornpleisters, nagels niet goed knippen met kans op ingroei. Vanwege pijnlijke voeten gaan mensen minder bewegen, terwijl bewegen in bepaalde gevallen juist erg belangrijk is.”
Huurkosten
De klap komt hard aan. Van Spijker had sinds 2002 een praktijk aan huis. Na een onderbreking van twee jaar toen ze in Brazilië woonde, pakte ze terug in Nederland haar oude metier weer op. “Dit jaar besloot ik het wat anders aan te pakken. Sinds januari heb ik nu mijn eigen praktijkruimte. Maar het nadeel is nu dat ik dus ook huurkosten heb, terwijl er amper inkomsten zijn.”
Groen licht
Ze hoopt dan ook dat de overheid zo snel mogelijk weer groen licht geeft. “Het wachten is op de volgende persconferentie van Rutte. Maar dat duurt nog even. Intussen vormen we een vergeten beroepsgroep. Een beroepsgroep ook die tussen wal en schip valt: we worden niet echt als medisch aangemerkt, maar zijn ook niet louter cosmetisch bezig. Dat maakt het allemaal extra lastig nu.”
Anderhalvemeter-stijl
Intussen is ze al helemaal voorbereid op de ‘pedicure anderhalvemeter-stijl’. De beroepsorganisatie ProVoet heeft de protocollen al klaar liggen. “Ik heb mijn echtgenoot in de stoel gezet en het nagemeten. Wat de mond betreft, ben je dan circa anderhalve meter van elkaar verwijderd. Zelf draag ik onder meer een mondkapje, muts, schort, spatscherm en handschoenen. De cliënt draagt eveneens een mondkapje en handschoenen. En ook in de wachtkamer wordt alles keurig op afstand gehouden. Wij zijn er klaar voor. Het wachten is nu tot de overheid weer zegt dat we aan de slag mogen.” (Bron: RTV Oost)